Gabriel Rolt neemt de boeketgedachte achter deze solo’s-AA heel letterlijk via Jody Carey
De 25ste Art Amsterdam/KunstRAI is een mooi boeket van zo’n 125 solopresentaties geworden. Voorwaar een prestatie van Anneke Oele – de afscheidnemende directeur -, want solo’s zijn voor galeriehouders niet erg commerciel-fähig en derhalve niet erg populair onder standhouders van een kunstbeurs. Anneke beet door en het resultaat mag er zijn: wat een overdaad aan rustige en coherente presentaties.
En voor de galeries die bibberen voor hun omzet bij Anneke’s solo-gedachten, heeft Hidde van Seggelen middels Pieter Laurens Mol relativerend nieuws.
Een vraag van Trendbeheer om verslag te doen van de Art Amsterdam – een verslag dat absoluut incompleet is, omdat de helft van de beurs niet actief fotograferend is gezien – vraagt erom om open kaart te spelen. Ja, ook ik heb gekocht: Malin Persson bij Hidde van Seggelen.
En al eerder werd de portemonnee uitgedaagd bij Aschenbach, in de vorm van de magistrale schilderwerken van Peter Vos. Eerst keken de priemende oogjes van een beer me al uitdagend aan, daarna kwam uit de krochten van de stand ineens een kikker tevoorschijn. Wat een feilloze precisie bij zoveel monochromie! Ik twijfel nog steeds.
Ook het hawaii-shirt van Micha Patiniott bekoorde bij MK Galerie. Het is ‘lekker’ geschilderd, maar toch ook weer zo ‘onlekker’, dat het ook wat schuurt langs het esthetisch beleven.
Een kunstbeurs daagt altijd weer uit tot fotografische spelletjes, hoe kansloos ook. In dit geval was Janpeter Muilwijk (bij Jacoba Wijk) slachtoffer met dit doorzicht naar de stand van Hof & Huyser.
Mijn natuurlijke aantrekkingskracht naar schedels werd bevredigd bij Flatland door Carolein Smit.
Een lief gif-olifantje kwam ik tegen bij Reuten Galerie (Barbara Polderman).
Erik Sep stortte zich op de wereld die Märklin heet en bouwde een gefreakt treinlandschap dat met een waterval van rails en krotjes een ondermaanse wereld voorspiegelt (bij Gist).
Wat ik van het nieuwe werk van Sarkis – de eeuwige reiziger – moet denken weet ik nog steeds niet. De formule – het fotograferen van beeldjes – is niet nieuw en toch weet de Frans-Turkse kunstenaar een intensiteit in de portretten te leggen die fascineert. Wonderlijk.
Het aardige van solo’s is dat het oeuvre van een bepaalde kunstenaar als serie maar matig kan boeien, maar dat een zelfstandig werk er wel uitspringt. Zoals bij Hervé Heuzé van Galerie Jean-Luc & Takako Richard.
Of het werk van Rozemarijn Westerink nu echt overtuigt weet ik nog niet zo, maar deze tekening heeft wel een mooie ingehouden agressie (bij Hüsstege)
En dan wat losse observaties.
Thom Puckey heeft net uit Italië zijn nieuwste werk opgehaald.
De internationaal redelijk bekende, maar in Nederland vooral onbekende Nederlander, Pieter Slagboom, die bij de Berlijners Krammig & Pepper zijn krullig getekende taferelen exposeert.
Hans Op de Beeck toont bij Ron Mandos in een classy zwart hok zijn nieuwste, op de computer getekende – verbluffende – interieurs.
Hans Aarsman etaleert bij de centrale presentatie van het Stedelijk Museum zijn fascinatie voor genadeloze observatie-fotografie. Van een oudere dame die zelfportretten op de kermis schiet (letterlijk en figuurlijk) tot de zorgwerker die de koekjes-bij-de-thee vastlegt die hij op zijn rondes krijgt aangeboden.
Een aantal stands sprong eruit. Het werk van David Jablonowski bijvoorbeeld. Een kunstbeurs is een gejaagde plek, maar wie even de tijd neemt bij Fons Welters ziet een fascinerende beeldhouwer met veel beeldende intelligentie en een fijngevoeligheid voor materiaal en vormcombinaties. Het is de op één na mooiste presentatie op de beurs (die logenstraft dat geconcentreerd kijken niet mogelijk is op een beurs).
De mooiste stand is echter die van de Wetering Galerie, van Marcel van Eeden. Hij werkt ook mee aan dit Trendbeheer logproject, maar dat maakt geen verschil. Ere wie ere toekomt, de reeks tekeningen op een ‘bedje’ van Franz Kline ziet er buitengewoon goed uit. En als de grandmaster zelf dan ook nog even zijn geesteskindje vastlegt, dan is een kiekje snel gemaakt.
Na jaren afwezigheid stond Torch weer op de Art Amsterdam. Torch & Son, want Adriaan is er natuurlijk niet meer. Mo staat er fantastisch met Philip Akkerman. Adriaan wilde de laatste jaren niet meer komen. Hij haatte het RAI-complex. Vond het vreselijk. Koos Breukel– die 25 portretten maakte voor een jubileumboek – legde Adriaan magistraal vast. Te zien bij Willem van Zoetendaal.
Een vorsende Adriaan is een mooie conclusie voor dit verslag. Er ontbreekt (te) veel. Adam Colton bij Slewe, William Monk bij Grimm, Helen Verhoeven bij Stigter, Charl van Ark bij Phoebus, Rachel Goodyear bij The International, Charlie Roberts bij VOUS ETES ICI, Mounir Fatmi bij Ferdinand van Dieten. De foto’s kunt u er zelf bijgooglen.
Het is een fijne editie.
Is er ook een antwoord op de hamvraag of de moderne kunst <> wordt?
<> = gemanagt (TB maakt er iets anders van)
Natuurlijk wordt er gemanagt! Het is 1 strategische maffiose kolerebende. And so what? Zolang het fraaie kunst oplevert, slalom ik er wel doorheen.
de taart bij Majke smaakte voortreffelijk, daar valt ook wat voor te zeggen
van mij mag er wel een ietsiepietsie meer distantie in hoor,
dit is mij net te kneuterig allemaal, sorry robbert.